Nederland moet zo snel mogelijk stoppen met het verlenen van exportsteun aan Nederlandse bedrijven voor vervuilende, fossiele projecten in het buitenland. Daarover schreef een brede coalitie van nationale en internationale maatschappelijke organisaties onder leiding van Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International vrijdag 28 mei 2021 een brief naar de onderhandelaars in de formatie.
Both ENDS heeft samen met 13 andere Nederlandse NGO's en vakbonden een brief gestuurd over de Indonesische Omnibuswet aan de Nederlandse minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Wij uiten hiermee onze bezorgdheid over de overhaaste goedkeuring van dit pakket aan wetten door het Indonesische parlement.
Nederlands pensioengeld wordt massaal belegd in bedrijven die bijdragen aan ontbossing in het Amazonegebied en de Cerrado-savanne in Brazilie, zoals soja-, veevoer- en rundvleesbedrijven. Dat blijkt uit een vandaag uitgekomen rapport van Profundo, geschreven in opdracht van de Eerlijke Geldwijzer, Hivos en Both ENDS. Alle tien pensioenfondsen die onder de loep werden genomen beleggen in dit soort bedrijven, waarbij pensioenfonds ABP en Pensioenfonds Zorg en Welzijn aan kop gaan met beleggingen ter waarde van respectievelijk 580 miljoen en 383 miljoen euro.
Demissionair minister Kaag en Staatssecretaris Vijlbrief presenteerden een verkenning voor een mogelijk scenario voor vergroening van de exportkredietverzekering. Het scenario draagt volgens Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International veel te weinig bij aan mondiale klimaatambities, zoals het beperken van de opwarming van de aarde tot maximaal 1,5 graad ten opzichte van het pre-industriële tijdperk. Nederland heeft zich daaraan wel gecommitteerd en daarom stuurden de drie NGOs in een reactie op de verkenning een oproep om uiterlijk eind oktober alsnog een scenario te presenteren dat de EKV in lijn brengt met de 1,5°C doelstelling.
"Het virus verspreidt zich sneller dan de informatie", was het eerste dat wij in Nederland hoorden over de verspreiding van COVID-19 in veel Afrikaanse landen en de maatregelen die ertegen genomen werden. Terwijl noodsituaties werden afgekondigd, grenzen werden gesloten en bij ons beelden van gewelddadige leger- en politieoptredens binnenstroomden, wisten veel mensen buiten de grote steden nog niet wat er aan de hand was. Toen meer duidelijk werd, ontstonden grote zorgen over de gevolgen van de genomen maatregelen: het stilvallen van de informele economie, voedseltekorten en interne migratiestromen.
Honderden miljoenen mensen wonen wereldwijd in gebieden waar de bodem uitgeput is, vaak noodgedwongen of omdat de regio waar zij al generaties wonen, in de loop van de tijd steeds droger is geworden. De woestijn rukt op en dat is een mondiaal probleem. De meningen over de oorzaken van landdegradatie en verwoestijning, maar vooral over de oplossingen, zijn zeer verdeeld. Om daarover te praten, vindt van 2 tot 14 september de tweejaarlijkse wereldwijde VN-conferentie over verwoestijning plaats. Daar komen beleidsmakers, wetenschappers, NGO's, boerinnen en boeren, veehouders, herders en bedrijven van over de hele wereld bij elkaar. Onze collega Nathalie van Haren gaat ernaartoe en legt hieronder uit met welk doel.
Op veel plekken in Latijns-Amerika staat de toegang tot schoon water onder grote druk door overmatig gebruik en door vervuiling, vaak veroorzaakt door grootschalige landbouw of mijnbouw. De impact hiervan is groot, vooral op vrouwen. In maart, rond Internationale Vrouwendag op 8 maart en Wereld Waterdag op 22 maart, laten zij van zich horen en eisen ze hun recht op water op.
Het La Plata Basin in Zuid-Amerika verbindt Argentinië, Bolivia, Brazilië, Paraguay en Uruguay. De bestaanszekerheid van de miljoenen mensen die er wonen -stadsbewoners, kleinschalige boeren en vissers, en inheemse volkeren- staat onder druk door industriële sojateelt, mijnbouw en houtkap en door de aanleg van stuwdammen en havens. De Covid-19 crisis maakt de situatie alleen maar erger.