Beloon risicovol internationaal ondernemen in groen en stop met de hulp aan de internationale fossiele industrie
Het klimaat is ‘hot’. Iedereen praat erover. ‘Iedereen doet wat’ roept de overheid in haar recent gestarte publiekscampagne. Goed plan. Laten we echt wat doen. Te beginnen met een stop op onze ondersteuning van de internationale handel door onze eigen Nederlandse multinationals in fossiele energie. Een kans van 1,5 miljard euro waarmee we klimaatverandering op internationale schaal kunnen tegengaan en tegelijkertijd onze innovatieve ondernemers een impuls kunnen geven. Vandaag aan de Vergeten Klimaattafel gaat het over de kansen voor Nederland om echt impact te hebben. En die kansen zijn gigantisch. Want ons grote geld en onze invloed zit in het buitenland.
In deze pandemie staat de wereld op zijn kop. Bij ons is het gewone leven ontwricht. Veel mensen lijden onder de polderlockdown, al hebben wij gelukkig voldoende veerkracht en vangnetten om aan onze meest urgente noden te kunnen voldoen. Buiten Nederland ontbreekt die weerbaarheid helaas maar al te vaak. Zeker in landen waar de publieke zorgstructuren zwak zijn en waar mensen in een totale lockdown zitten. Want lokale gemeenschappen die vandaag opgehokt zitten, kunnen morgen al honger hebben. En hulp en geld stroomt daar niet als vanzelfsprekend naar de meest kwetsbare burgers. Daar is dus extra financiële steun urgent.
Minister Ploumen van Hulp en Handel is voor de tweede keer binnen een jaar voor een handelsmissie naar Brazilië. “Want”, zegt ze op de site van de Rijksoverheid, “voor Nederlandse bedrijven liggen er veel kansen in Brazilië. Buitenlandse handel betekent ook binnenlandse banen.” Nederland staat nu al in de top vijf van grootste exportpartners van Brazilië. Maar wie profiteert er in Brazilië zelf eigenlijk van deze stevige handelsrelatie? Om de minister en haar reisgenoten - meer dan veertig vertegenwoordigers van evenzoveel Nederlandse bedrijven- attent te maken op die vraag, stuurde Both ENDS haar een brief.
De Nederlandse minister voor Handel en Hulp betreurt het dat een deel van de Ngäbe-Buglé stam ontevreden is met het verder bouwen van de Barro Blanco dam in de Tabasara rivier in Panama. Ploumen antwoordde dit op kamervragen van Jasper van Dijk (SP).
Nederland is bij de bouw van die omstreden dam betrokken door de lening die de ontwikkelingsbank FMO heeft verstrekt. Ploumen wil er bij de FMO niet op aandringen dat de bank zijn lening terugtrekt, ook al is er sprake van een schending van een basaal mensenrecht; van ‘free, prior and informed consent’ bij een deel van de Ngäbe is geen sprake. Voor Both ENDS kijkt Anouk Franck naar de gevolgen van de leningen van de FMO.
Vandaag wordt in de Tweede Kamer gedebatteerd over het Dutch Good Growth Fund, (DGGF) dat in 2012 in het leven werd geroepen onder Minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Het fonds heeft als doel ‘ontwikkelingsrelevante handel’ te bevorderen: import en export die niet alleen goed zijn voor Nederland, maar ook voor de bevolking in de (arme) landen waar zaken mee wordt gedaan. Maar de vraag is of dat dat in de praktijk zo zal werken. Volgens Anouk Franck van Both ENDS ligt de nadruk in het DGGF teveel op handel en beperkt het zich teveel tot puur economische factoren. Dit blijkt ook uit het kritische rapport van ActionAid, SOMO Both ENDS waaraan zij meeschreef en dat zojuist is verschenen.
“De branden hebben proporties aangenomen die we nog nooit eerder hebben meegemaakt.”
Grote delen van Zuid-Amerika zijn momenteel in rook gehuld. Van Buenos Aires tot São Paulo en Asunción hebben mensen moeite om adem te halen door de ongekende bosbranden die woeden op het continent, aangewakkerd door extreme droogte, de uitbreiding van de landbouw en de stijgende temperaturen als gevolg van de klimaatverandering.
Hernieuwbare energie levert veel meer werkgelegenheid op dan fossiel. Dáár zouden Nederlandse bedrijven in moeten investeren.
Op woensdag 23 maart 2011 organiseert Both ENDS een Politiek Café. Staatssecretaris van Ontwikkelingssamenwerking, Ben Knapen, wil dat Nederlandse bedrijven aan ontwikkelingssamenwerking doen. 'Nederland Waterland' wil zich richten op haar expertise: water. Nederlandse drinkwaterbedrijven als Vitens en Evides werken al samen met drinkwaterbedrijven in Ghana, Mozambique, Vietnam en Suriname.
Het Politiek Café wordt valt samen met 'Wereld Water Week' om om juist nú beleidsmakers, bedrijven en experts uit het veld samen in debat te laten gaan over deze nieuw ingeslagen weg. Het debat zal in het engels worden gehouden en zal plaatsvinden van 17.30 tot 19.30 uur in Café Dudok, Hofweg 1 /A, Den Haag.