Het besluit van Minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten om uit het Energy Charter Treaty (ECT) te stappen, is goed nieuws voor de energietransitie in Nederland én daarbuiten. Overheden van landen die zijn aangesloten bij dit verdrag kunnen daardoor de transitie naar duurzame energie vormgeven zonder dat ze bang hoeven te zijn voor claims door in Nederland gevestigde bedrijven.
In Oeganda heeft het overgrote deel van de inwoners op het platteland geen toegang tot elektriciteit, ondanks de vele stuwdammen, buitenlandse investeringen en grote overheidsuitgaven in energie, en nieuwe plannen voor waterkracht-, olie- en gasprojecten. Samen met onze lokale partners streven wij naar een duurzame energiestrategie voor Oeganda waarbij de behoeften en wensen van lokale gemeenschappen centraal staan.
Het overschakelen op het verzekeren van duurzame projecten zoals zon en wind via exportkredietverzekeraar Atradius DSB levert meer banen op dan doorgaan op de oude fossiele voet. Een dergelijke ambitieuze stop op fossiele projecten draagt niet alleen bij aan het aanpakken van klimaatverandering, het zorgt ook voor meer werkgelegenheid en verbetert de economische positie van Nederland in een snel veranderende wereld. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van denktank Cambridge Econometrics (CE) ¨Export Credit Support in The Netherlands: Fossil Phase Out and Job Impacts¨, in opdracht van Milieudefensie, Oil Change International (OCI) en Both ENDS.
Hernieuwbare energie levert veel meer werkgelegenheid op dan fossiel. Dáár zouden Nederlandse bedrijven in moeten investeren.
Vandaag, een paar dagen voor de internationale Klimaattop in Egypte, heeft het kabinet nieuw beleid gepubliceerd dat invulling moet geven aan een internationale afspraak om te stoppen met internationale publieke financiering voor fossiele energie projecten. Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International stellen dat Rutte zijn belofte niet nakomt om per eind dit jaar te stoppen met fossiele exportsteun, maar in plaats daarvan nog een jaar de deur open laat staan voor nieuwe fossiele projecten. Volgens de milieuorganisaties dreigen de omvangrijke uitzonderingen de klimaatdoelen op het spel te zetten.
Rijke landen, waaronder Nederland, verleenden sinds het ondertekenen van het klimaatakkoord van Parijs bijna 50 keer zoveel exportsteun aan projecten gerelateerd aan fossiele brandstoffen als aan projecten voor schone energie in vier Afrikaanse landen. Dat blijkt uit een onderzoek van vijf milieuorganisaties uit Ghana, Nigeria, Togo en Oeganda in samenwerking met Milieudefensie en Both ENDS. De rijke landen verzekerden via hun exportkredietverzekeraars energieprojecten met een totale waarde van 11 miljard US dollar. De helft van deze exportsteun is gerelateerd aan fossiele brandstoffen. Slechts 1% ging naar duurzame hernieuwbare energie.
Julio Bichehe Erneste van de Boerenvakbond Cabo Delgado Mozambique (UPC) sprak tijdens een side-event van COP26 in Glasgow over de negatieve effecten van exportsteun voor fossiele projecten voor de lokale bevolking en hun milieu, en over de noodzaak om juist projecten voor hernieuwbare energie te ondersteunen.