Een verkorte versie van dit artikel werd op 18 november 2020 gepubliceerd in het FD.
We sluiten kolencentrales, we gaan van het gas af en we verduurzamen onze industrie. Maar onze inzet voor de wereldwijde klimaatcrisis stopt bij de grens. Want Nederland sponsort nog altijd de wereldwijde olie- en gasavonturen van Nederlandse fossiele bedrijven met 1,5 miljard euro per jaar aan staatsverzekeringen. Dankzij dit beleid raken arme landen als Mozambique verslaafd aan een fossiele economie zonder toekomst.
Op 25 maart jl, een dag na bloedige aanslagen in Noord-Mozambique, besloot de Nederlandse staat tot een exportkredietverzekering ter waarde van 900 miljoen euro voor de activiteiten van baggeraar Van Oord in het land. Het bedrijf voert baggerwerkzaamheden uit in een zeer omstreden gasproject dat volgens Mozambikaanse belangengroepen een belangrijke rol speelt in het escalerende geweld in de regio. Maatschappelijke organisaties Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International en de Mozambikaanse organisaties waarmee zij samenwerken, zijn geschokt over de gang van zaken en roepen de Nederlandse overheid en de Nederlandse exportkredietverzekeraar Atradius DSB ter verantwoording.
Onlangs besteedden diverse media aandacht aan het feit dat Nederland een grote rol speelt in de wereldwijde ontbossing, oa door onze import van soja en palmolie. Een alarmerend bericht, op basis van een gedegen onderzoek van het WWF. Paul Wolvekamp en Tamara Mohr schreven naar aanleiding hiervan een optimistisch opiniestuk, met suggesties hoe Nederland haar rol als grote importeur juist ten goede kan inzetten om het tij te keren en de bossen wereldwijd te beschermen tegen verdere vernietiging voor onze import.
Als Nederland haar landbouw en veeteelt wil verduurzamen en wil zorgen dat boeren een eerlijke prijs voor hun producten krijgen, zal ons land ook buiten de grenzen moeten kijken. Nederland is de op één na grootste exporteur van landbouwproducten ter wereld. We hebben grote impact, omdat we via onze handelsrelaties een intensief landbouwsysteem in stand houden dat leidt tot de vernietiging van ecosystemen en dat lokale productie ondermijnt. De voetafdruk van de Nederlandse economie is, mede door de handel in landbouwproducten, groot en groeiende. Dat moet en kan anders:Nederland heeft namelijk een goede uitgangspositie om de noodzakelijke landbouwtransitie aan te voeren. Gelukkig bieden de verkiezingsprogramma's die op tafel liggen, daarvoor genoeg aanknopingspunten. Een nieuwe coalitie kan dus voortvarend aan de slag.
Amsterdam, 3 februari 2020 - Een stap vooruit, maar olie en gas blijven een blinde vlek in het nieuwe investeringsbeleid van ABP. Dat zeggen milieuorganisaties Both ENDS, Fossielvrij NL en Greenpeace in een reactie op het nieuwe klimaatbeleid van het grootste pensioenfonds van de EU. Hoewel ABP stappen zet om duurzamer te investeren, is er meer nodig om de klimaatcrisis te stoppen. Wel ziet de klimaatbeweging ook een positieve ontwikkeling: ABP wil in 2025 gestopt zijn met het beleggen in teerzandolie.
De Nederlandse Ministers Sigrid Kaag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en Eric Wiebes van Economische Zaken en Klimaat onderhandelen deze week op de klimaattop in Madrid over het klimaatakkoord. Zes jongeren-, vrouwen- en milieuorganisaties roepen de ministers op om in deze onderhandelingen te pleiten voor een aantal inclusieve en ambiteuze maatregelen.
Betreft gezamenlijke brief van een 6-tal NGO's: Wereld Natuur Fonds (WWF), Milieudefensie, Both ENDS, Vogelbescherming Nederland, Greenpeace en World Animal Protection aan de Kamercommissies van ministerie van Infrastructuur en Waterstaaten, ministerie van Landbouw, Natuur & Voedsel en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. De EU-wet versterken om ontbossing t.g.v. import van agri-commodities tegen te gaan. De EU-verordening dient meer waarborg te bieden voor erkenning van mensenrechten, voor een robuuste naleving van de wet in de praktijk en een uitbreiding naar de zorgvuldigheidsverplichting naar financiële instellingen.
Honderden organisaties uit tientallen landen hebben hun solidariteit betuigd met de Oekraïners in een collectieve oproep aan wereldregeringen om voor eens en voor altijd een einde te maken aan de productie van fossiele brandstoffen. Door de huidige crisis gebruikt Poetin olie- en gasgeld om het levensonderhoud te bedreigen en terreur aan te wakkeren met escalerend geweld, wat de rol van het fossiele brandstofsysteem bij het aanjagen van conflicten onderstreept.