Persbericht 24 oktober 2019
Vanaf vandaag kunnen investeerders aan de hand van vijf criteria toetsen of bedrijven in de fossiele sector actief werken aan het afbouwen van hun fossiele activiteiten. Nog teveel investeerders lijken huiverig om de overstap te maken naar een rendabele toekomst van duurzame energie, en daar moeten deze criteria bij helpen. De organisaties DivestInvest Network, Sustainable Energy (Denemarken) en Both ENDS (Nederland) publiceren vandaag het rapport 'Managed Decline of Fossil Fuel Businesses', waarin de vijf criteria zijn beschreven. Zo helpen ze investeerders beleggingen te kiezen die in lijn zijn met het Parijsdoel 'max 1,5 graden Celsius opwarming'. Het advies wordt met opzet gepresenteerd op de World Pension Summit, want vooral investeerders van pensioenfondsen kunnen hier meer verantwoordelijkheid in nemen.
Zaterdag 22 oktober vindt in Amsterdam een grote demonstratie tegen handelsverdragen TTIP, CETA en TiSA plaats. Both ENDS doet ook mee, omdat wij deze verdragen een heel slecht idee vinden. Niet alleen voor ons in Nederland en Europa, maar juist ook voor ontwikkelingslanden.
Vorige week werd in Brussel het Alternative Trade Mandate (ATM) officieel gelanceerd. Het ATM is een alliantie van meer dan 50 organisaties uit heel Europa die een reactie geven op het huidige Europese handels- en investeringsbeleid. Zoals de naam al aangeeft brengt het ATM ook een alternatief: een eerlijker en duurzamer beleid waarbij respect voor mens, milieu en democratie centraal staan. Een handelsbeleid waarbij rekening wordt gehouden met de belangen van onder andere vakbonden, boeren, activisten op het gebied van milieu en mensenrechten, en netwerken die zich inzetten voor fair trade. Met de Europese verkiezingen in zicht wordt er momenteel door heel Europa actief campagne gevoerd om het Alternative Trade Mandate onder de aandacht te brengen bij organisaties, het publiek en parlementsleden. SOMO, TNI en Both ENDS, verenigd in de Fair, Green and Global alliantie, sluiten zich hierbij aan door campagne te voeren in Nederland.
Van 9 tot 20 mei vindt in Abidjan, de hoofdstad van Ivoorkust, de 15e 'Conferentie van de UN Convention to Combat Desertification, Land Degradation and Drought (UNCCD COP15) plaats. Overheden, Beleidsmakers, maatschappelijke organisaties en wetenschappers uit landen van over de hele wereld gaan met elkaar in gesprek over de problematiek rond droogte, landdegradatie en verwoestijning die steeds groter worden. Collega's Nathalie van Haren en Stefan Schüller zijn erbij, net als een flink aantal medewerkers van organisaties waarmee Both ENDS soms al decennialang mee samenwerkt. Maar wat is het doel van de bijeenkomst, wat wordt er besproken en waarom is het belangrijk om erbij te zijn? We vroegen het Nathalie en Stefan.
De Europese Commissie staat op het punt om belangrijke beslissingen te nemen over de toekomst van zogenaamde BIT's (Bilateral Investment Treaties). Deze internationale verdragen zijn bedoeld om bedrijven die investeren in het buitenland, te beschermen. Ze zijn bindend, maar dreigen daarom vaak de sociale en milieuwetgeving te ondermijnen die de landen waar geïnvesteerd wordt zouden willen toepassen. Op 3 maart stemt het Europees Parlement over de hervorming van dit beleid.
Deze week komen meer dan dertig afgevaardigden van organisaties uit alle hoeken van de wereld naar Amsterdam. Wat hebben ze met elkaar gemeen en waarom gaan ze elkaar ontmoeten? Ze werken allemaal in hun eigen context aan duurzame ontwikkeling, milieu, de bescherming van mensenrechten of specifiek op het thema gendergelijkheid en vrouwenrechten. En ze zijn allemaal op de een of andere manier gelinkt aan de drie organisaties die met het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken samenwerken in ‘GAGGA’, de Global Alliance for Green and Gender Action.
In de delta's van Bangladesh, die erg overstromingsgevoelig zijn, zetten mensen al generaties lang hun natuurlijke omgeving naar hun hand om landbouwproductie mogelijk te maken. Gedurende het grootste deel van het jaar werd door middel van tijdelijke ophogingen het getijdewater uit de uiterwaarden gehouden. Tijdens het regenseizoen mochten de rivieren vrijelijk stromen, waarbij het sediment zich op de uiterwaarden kon afzetten - dit was een belangrijk onderdeel van het deltavormingsproces.