Nieuwe stap in het klachtenbeleid van FMO – maatschappelijke organisaties vragen om verdere versterking
Het vernieuwde klachtenbeleid van de ontwikkelingsbanken FMO, DEG en Proparco is een belangrijke stap vooruit. Organisaties die aan de consultatie deelnamen, erkennen de inspanningen om het mechanisme te verbeteren. Tegelijkertijd benadrukken zij dat er nog veel moet gebeuren om het beleid écht effectief, transparant en onafhankelijk te maken.
Waarom een sterk klachtenmechanisme nu cruciaal is
De druk op maatschappelijke organisaties, gemeenschappen en individuen neemt wereldwijd toe. In steeds meer landen worden fundamentele vrijheden beperkt. Mensen die misstanden aankaarten of kritiek uiten, krijgen te maken met intimidatie, repressie of zelfs geweld.
Tegelijkertijd neemt de steun voor maatschappelijke organisaties af, waardoor het moeilijker wordt om getroffen gemeenschappen te vertegenwoordigen. In deze context is het essentieel dat juist ontwikkelingsbanken – instellingen die verantwoordelijkheid dragen voor eerlijke en duurzame ontwikkeling – beschikken over een toegankelijk, onafhankelijk en goed functionerend klachtenmechanisme.
Both ENDS heeft, samen met partnerorganisaties die al jaren gemeenschappen ondersteunen die negatieve gevolgen ondervinden van FMO-investeringen, aanbevelingen gedaan om het beleid verder te verbeteren.
Aanbevelingen: vooruitgang geboekt, maar grote tekortkomingen blijven
Hoewel het nieuwe beleid op verschillende punten verbeterd is, zijn er nog belangrijke tekortkomingen. Vooral op het gebied van transparantie, onafhankelijkheid, bescherming tegen vergelding en capaciteit zijn stevige stappen nodig.
Belangrijkste verbeterpunten
- Meer transparantie over financiële tussenpersonen (FIs):
Ondanks verbeterde formuleringen blijft onduidelijk hoe FMO’s relaties met FIs precies in elkaar zitten en welke subprojecten hieronder vallen. Zonder openheid weten gemeenschappen vaak niet eens of ze een klacht kunnen indienen. Zolang FMO haar FI-investeringen niet openbaar maakt, blijft het klachtenmechanisme ontoegankelijk voor de mensen die het moet beschermen. - Duidelijke verwijzing naar internationale standaarden:
Het beleid vermeldt onvoldoende op welke internationale normen klachten gebaseerd kunnen worden. FMO zou expliciet moeten erkennen dat klachten kunnen verwijzen naar de IFC Performance Standards, OECD Guidelines, UN Guiding Principles en EDFI-principes, zoals vastgelegd in afspraken met de Nederlandse overheid. Dat geeft duidelijkheid aan gemeenschappen die overwegen een klacht in te dienen. - Onafhankelijkheid en governance versterken:
De huidige governance-structuur biedt te weinig waarborgen voor onafhankelijk toezicht. Zolang het klachtenmechanisme geen eigen mandaat heeft om onderzoeken te starten, blijft het afhankelijk van de instelling die het juist moet controleren. - Sterkere bescherming tegen represailles:
Hoewel FMO het belang van bescherming tegen ‘retaliation’ erkent, zijn de huidige maatregelen vaag en niet-bindend. Nodig zijn onder meer: een noodbudget, duidelijke protocollen voor het ICM, en de bevoegdheid voor het ICM om zelf klachten te openen. - Voldoende capaciteit en middelen:
Het is onduidelijk hoeveel personeel, expertise en budget beschikbaar komen. Vooral de middelen voor outreach naar gemeenschappen en FI-projecten lijken zorgwekkend beperkt. - Klachten ook mogelijk na projectafsluiting:
Dat klachten niet meer kunnen worden ingediend nadat FMO uit een project is gestapt, tast de geloofwaardigheid van het mechanisme aan. De gevolgen van investeringen verdwijnen immers niet zodra de bank vertrekt. - Bredere monitoring van naleving:
Monitoring blijft nu beperkt tot toezeggingen van het management. Daardoor dreigt het proces vooral intern gericht te blijven, in plaats van echt te leren van fouten en schade te herstellen.
Een kans voor FMO om het verschil te maken
Volgens de betrokken organisaties heeft FMO met dit vernieuwde beleid de kans om zich te onderscheiden als een instelling die mensenrechten serieus neemt. Daarvoor is echter meer nodig dan technische verbeteringen. Het vraagt om politieke wil, echte transparantie en de moed om gevoelige kwesties openbaar te maken.
Downloads
Deze bijdrage is opgesteld door organisaties die de schadelijke investeringen van FMO in het afgelopen decennium hebben gedocumenteerd en die betrokken zijn geweest bij het Onafhankelijke Klachtenmechanisme (ICM).
Daarnaast is deze bijdrage voorbereid door internationale organisaties die gespecialiseerd zijn in onafhankelijke verantwoordings- en klachtenmechanismen.
Voor meer informatie
Lees meer over dit onderwerp
-
Nieuws / 24 juni 2025Inheemse gemeenschappen in Panama krijgen erkenning en gedeeltelijke herstelmaatregelen van ontwikkelingsbanken FMO en DEG in verband met de Barro Blanco-dam
Both ENDS en SOMO zijn blij met de ondertekening van het akkoord tussen vier inheemse Ngäbe-gemeenschappen in Panama en de Europese ontwikkelingsbanken FMO en DEG op 17 juni 2025. De regeling omvat een programma voor gemeenschapsontwikkeling dat, in combinatie met een openbare verklaring van de banken, tot doel heeft een aantal negatieve gevolgen van de Barro Blanco-stuwdam te erkennen en te verzachten. Het akkoord is mede tot stand gekomen door het goede, volhardende werk van de gemeenschapsorganisatie Movimiento 10 de Abril (M10) voor gerechtigheid voor de getroffen gemeenschappen. Daarnaast erkennen we de inzet van FMO en DEG om een oplossing te vinden voor hun langlopende conflict met de gemeenschappen dat is ontstaan door hun gedeeltelijke financiering van het waterkrachtproject sinds 2011.
-
Voor de pers / 10 februari 2021Transparantie ontwikkelingsbank FMO schiet ernstig tekort
De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO is onvoldoende transparant over haar financieringen en investeringen en handelt daarmee in strijd met haar mandaat. Dat blijkt uit een nieuw rapport van International Accountability Project en de Foundation for the Development of Sustainable Policies, onderschreven door 28 organisaties waaronder Both ENDS, SOMO en Oxfam Novib. De organisaties deden onderzoek naar de mate van transparantie van FMO over haar investeringen in de periode tussen 1 januari 2019 en 31 mei 2020. Slechts in 25% van de gevallen werd bekendgemaakt welke potentiële negatieve gevolgen een investering van FMO zou hebben voor mens en milieu.
-
Nieuws / 10 november 2020FMO zet stap naar divesteren uit fossiel
De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO heeft een verklaring over fossiele brandstoffen uitgebracht om stappen te nemen in klimaatactie. Both ENDS en partners zijn blij dat FMO eindelijk positie inneemt ten opzichte van fossiele brandstoffen, maar gaat wat ons betreft nog niet ver genoeg. Om daadwerkelijk bij te dragen aan duurzaamheid en gelijkheid, is het essentieel dat ontwikkelingsbanken niet meer in schadelijke fossiele projecten investeren.
-
Voor de pers / 5 oktober 2022Onafhankelijk onderzoek bevestigt verantwoordelijkheid FMO voor schade door Barro Blanco-dam en adviseert compensatie
Utrecht, 5 oktober 2022 – De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO is verantwoordelijk voor het verlies van levensonderhoud, de economische verliezen en de milieuschade die de bouw van de Barro Blanco-dam in Panama heeft veroorzaakt. Dit blijkt uit het eindverslag van het onafhankelijk klachtenmachisme van de bank. Inheemse gemeenschappen die de nadelen van de dam ondervinden, zijn blij dat hun klachten bevestigd zijn en herhalen hun vraag om excuses en een schadevergoeding.
-
Nieuws / 4 juni 2021FMO zet goede stap naar afbouwen directe investeringen in fossiele brandstoffen
In hun nieuwe position statement over investeringen in fossiele brandstoffen, verklaart FMO een eind te maken aan nieuwe directe financieringen in de downstream- en midstreamsectoren van de steenkool- en olie-industrie. Alleen in uitzonderlijke omstandigheden investeert FMO nog in gasgestookte elektriciteitsopwekking. Both ENDS ziet deze ontwikkeling als een stap in de goede richting.
-
Blog / 11 april 2025FMO is erg tevreden over het eigen succes – nu de lokale bevolking nog
Door Anne de JongheDeze blog is bij het Financiële Dagblad verschenen.
-
Nieuws / 23 december 20212022 is het jaar voor FMO om beloften waar te maken en uitsluitend echt duurzame ontwikkeling te financieren.
2021 was op zijn zachtst gezegd een turbulent jaar voor FMO, de Nederlandse ontwikkelingsbank. De bank lag al jaren onder vuur vanwege investeringen die gelinkt zijn aan mensenrechtenschendingen en vermeende corruptie, maar het afgelopen jaar haalde de een na de andere nieuwe ontwikkeling in al lopende zaken de Nederlandse pers en media. Wij geven hieronder een overzicht van de gebeurtenissen, en roepen FMO op om vooral de beloofde beterschap in 2022 waar te maken.
-
Brief / 9 november 2020
Bijdrage aan FMO's publieksconsultatie over klimaatactie en fossiele brandstoffen
Both ENDS en partners hebben een reactie gestuurd op FMO's consultatie over fossiele brandstoffen. Both ENDS en partners zijn blij dat FMO eindelijk positie inneemt ten opzichte van fossiele brandstoffen, maar gaat wat ons betreft nog niet ver genoeg.
-
Brief / 10 juni 2022
Joint submission on FMO’s Position Statement on Financial Intermediaries
Both ENDS, SOMO, Oxfam Novib en Recourse hebben een bijdrage ingestuurd op FMO's consultatie over hun Position Statement on Financial Intermediaries. In dit position statement neemt FMO slechts beperkt verantwoordelijkheid voor de gevolgen van haar investeringen via zogeheten financial intermediaries. We roepen FMO op een position statement uit te brengen dat erop gericht is mensenrechten en milieu wél te beschermen en daarvoor verantwoordelijkheid te nemen.
-
Brief / 3 maart 2025
Input for FMO’s “investment approach to responsibly managed forest plantations”
Both ENDS has been asked by FMO to comment on its draft investment approach to responsibly managed forest plantations. To follow are a number of observations and recommendations, partially informed by Both ENDS long legacy of working in the forest & land arena, in dialogue with international donors, philanthropic foundations, companies, certification bodies and notably with forest dependent communities and other land users.
-
Dossier /Inheemse gemeenschappen bedreigd door Barro Blanco-dam in Panama
De Barro Blanco-dam in Panama zet inheems land onder water, met financiering uit Nederland. Both ENDS maakt zich hard voor de naleving van de rechten van de inheemse gemeenschappen rond de dam.
-
Nieuws / 1 december 20187 verdachten van de moord op de Hondurese Berta Cáceres schuldig bevonden
Op donderdag 29 november werden zeven verdachten van de moord op Berta Cáceres (in maart 2016), schuldig bevonden. De nabestaanden en leden van de inheemse mensenrechtenorganisatie COPINH waar Cáceres de leider van was, zien de uitspraak als de eerste stap richting rechtvaardigheid voor de moord op Berta Caceres en de erkenning dat het bedrijf DESA hiervoor mede- verantwoorelijk is. Ze wijzen er echter ook op dat het proces vanaf het begin doordrenkt was van corruptie, intimidaties en andere misstanden, en dat de opdrachtgevers van de moord nog steeds buiten schot blijven.
-
Nieuws / 10 juli 2020Hondurese NGO's roepen FMO op af te zien van investering in omstreden bank
De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO overweegt te investeren in de omstreden FICOHSA-bank in Honduras. De bank is nauw verweven met de elite die in Honduras veel macht heeft over de politiek, de (para) militairen en het bedrijfsleven. Een aantal Hondurese organisaties, waaronder de inheemse organisatie COPINH wier leider Berta Cáceres in 2016 werd vermoord, hebben een afgelopen woensdag een brief gestuurd naar het management van FMO. In de brief, die werd ondertekend door veertig organisaties, waaronder Both ENDS, wordt FMO opgeroepen niet in zee te gaan met deze bank.
-
Nieuws / 23 juli 2021Financiering FMO voor Agua Zarca project mogelijk gelinkt aan malafide praktijken
De miljoenenlening die de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO verstrekte aan Hondurese projectontwikkelaars van het bedrijf DESA voor de uitvoering van het omstreden Agua Zarca damproject in Honduras, houdt mogelijk verband met grove corruptie en geldverduistering. Dat blijkt uit een vandaag gepubliceerd artikel in het Financieel Dagblad op basis van informatie verstrekt door COPINH, de inheemse organisatie die zich al jaren verzet tegen de bouw van de dam. Meerdere leden van de organisatie, onder andere haar leider Berta Cáceres, werden vermoord. Inmiddels is David Castillo, de directeur van DESA, veroordeeld voor betrokkenheid bij de moord op Berta Cáceres in 2016.
-
Nieuws / 27 juli 2021In gesprek met de Ngäbe-Bugle gemeenschap in Panama, na vijf jaar Barro Blanco-dam
In april 2021 kondigde de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO aan dat zij niet meer betrokken is bij het Barro Blanco project, een omstreden stuwdam in Panama. GENISA, het Panamese bedrijf dat de dam bouwde, betaalde de miljoenenlening – onverwacht – vervroegd af. De vraag is in hoeverre FMO, nu het zich uit het project heeft teruggetrokken, nog verantwoordelijkheid neemt om de schade en het leed dat is veroorzaakt met de financiering, op te lossen.
-
Dossier /Grootschalige infrastructuur
Grootschalige infrastructuur heeft ter plekke negatieve effecten voor mens en milieu, terwijl de baten elders terechtkomen. Both ENDS zet zich in voor inspraak voor de lokale bevolking en onderzoekt de geldstromen achter deze projecten.
-
Nieuws / 28 juni 2022In solidariteit met dochter van vermoorde Inheemse leider
Op dinsdag 28 juni dienden de Hondurese organisatie COPINH en de Global Justice Association een klacht in bij de officier van justitie in Nederland tegen de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO. Voor COPINH is dit onderdeel van hun voortdurende strijd om degenen die betrokken zijn bij de moord op hun leider Berta Cáceres voor het gerecht te brengen. FMO financierde in 2014 het Agua Zarca-project in Honduras. De nieuwe klacht is gebaseerd op documenten waaruit blijkt dat het geld van FMO oneigenlijk is gebruikt.
-
Nieuws / 2 maart 2021Nabestaanden van Berta Cáceres wachten nog steeds op gerechtigheid
Vandaag is het vijf jaar geleden dat Berta Cáceres in haar huis in La Esperanza, Honduras, vermoord werd omdat ze opkwam voor de rechten van de inheemse bevolking. Als leider van de inheemse organisatie COPINH kwam ze in opstand tegen de Agua Zarca-dam die gebouwd zou worden in inheems gebied. Nu, 5 jaar later, zijn de uitvoerders van de moord veroordeeld, maar de opdrachtgevers nog steeds niet.
-
Nieuws / 16 december 2019Zeven daders veroordeeld tot lange straffen voor de moord op Berta Cáceres
Begin december zijn zeven mannen die schuldig zijn bevonden aan de moord op Berta Cáceres veroordeeld tot een gevangenisstraf tussen 30 en 50 jaar. De rechtbank bevestigt in het oordeel dat de rol van Berta Cáceres in het verdedigen van de rechten van de inheemse Lenca gemeenschappen de reden was voor de moord.
-
Dossier /De toekomst van energie in Oeganda
In Oeganda heeft het overgrote deel van de inwoners op het platteland geen toegang tot elektriciteit, ondanks de vele stuwdammen, buitenlandse investeringen en grote overheidsuitgaven in energie, en nieuwe plannen voor waterkracht-, olie- en gasprojecten. Samen met onze lokale partners streven wij naar een duurzame energiestrategie voor Oeganda waarbij de behoeften en wensen van lokale gemeenschappen centraal staan.