Both ENDS

En
Nl
Zoeken
Nieuws / 27 October 2025

Nieuwe stap in het klachtenbeleid van FMO – maatschappelijke organisaties vragen om verdere versterking

Het vernieuwde klachtenbeleid van de ontwikkelingsbanken FMO, DEG en Proparco is een belangrijke stap vooruit. Organisaties die aan de consultatie deelnamen, erkennen de inspanningen om het mechanisme te verbeteren. Tegelijkertijd benadrukken zij dat er nog veel moet gebeuren om het beleid écht effectief, transparant en onafhankelijk te maken.

Waarom een sterk klachtenmechanisme nu cruciaal is

De druk op maatschappelijke organisaties, gemeenschappen en individuen neemt wereldwijd toe. In steeds meer landen worden fundamentele vrijheden beperkt. Mensen die misstanden aankaarten of kritiek uiten, krijgen te maken met intimidatie, repressie of zelfs geweld.

Tegelijkertijd neemt de steun voor maatschappelijke organisaties af, waardoor het moeilijker wordt om getroffen gemeenschappen te vertegenwoordigen. In deze context is het essentieel dat juist ontwikkelingsbanken – instellingen die verantwoordelijkheid dragen voor eerlijke en duurzame ontwikkeling – beschikken over een toegankelijk, onafhankelijk en goed functionerend klachtenmechanisme.

Both ENDS heeft, samen met partnerorganisaties die al jaren gemeenschappen ondersteunen die negatieve gevolgen ondervinden van FMO-investeringen, aanbevelingen gedaan om het beleid verder te verbeteren.

Aanbevelingen: vooruitgang geboekt, maar grote tekortkomingen blijven

Hoewel het nieuwe beleid op verschillende punten verbeterd is, zijn er nog belangrijke tekortkomingen. Vooral op het gebied van transparantie, onafhankelijkheid, bescherming tegen vergelding en capaciteit zijn stevige stappen nodig.

Belangrijkste verbeterpunten

  • Meer transparantie over financiële tussenpersonen (FIs):
    Ondanks verbeterde formuleringen blijft onduidelijk hoe FMO’s relaties met FIs precies in elkaar zitten en welke subprojecten hieronder vallen. Zonder openheid weten gemeenschappen vaak niet eens of ze een klacht kunnen indienen. Zolang FMO haar FI-investeringen niet openbaar maakt, blijft het klachtenmechanisme ontoegankelijk voor de mensen die het moet beschermen.
  • Duidelijke verwijzing naar internationale standaarden:
    Het beleid vermeldt onvoldoende op welke internationale normen klachten gebaseerd kunnen worden. FMO zou expliciet moeten erkennen dat klachten kunnen verwijzen naar de IFC Performance Standards, OECD Guidelines, UN Guiding Principles en EDFI-principes, zoals vastgelegd in afspraken met de Nederlandse overheid. Dat geeft duidelijkheid aan gemeenschappen die overwegen een klacht in te dienen.
  • Onafhankelijkheid en governance versterken:
    De huidige governance-structuur biedt te weinig waarborgen voor onafhankelijk toezicht. Zolang het klachtenmechanisme geen eigen mandaat heeft om onderzoeken te starten, blijft het afhankelijk van de instelling die het juist moet controleren.
  • Sterkere bescherming tegen represailles:
    Hoewel FMO het belang van bescherming tegen ‘retaliation’ erkent, zijn de huidige maatregelen vaag en niet-bindend. Nodig zijn onder meer: een noodbudget, duidelijke protocollen voor het ICM, en de bevoegdheid voor het ICM om zelf klachten te openen.
  • Voldoende capaciteit en middelen:
    Het is onduidelijk hoeveel personeel, expertise en budget beschikbaar komen. Vooral de middelen voor outreach naar gemeenschappen en FI-projecten lijken zorgwekkend beperkt.
  • Klachten ook mogelijk na projectafsluiting:
    Dat klachten niet meer kunnen worden ingediend nadat FMO uit een project is gestapt, tast de geloofwaardigheid van het mechanisme aan. De gevolgen van investeringen verdwijnen immers niet zodra de bank vertrekt.
  • Bredere monitoring van naleving:
    Monitoring blijft nu beperkt tot toezeggingen van het management. Daardoor dreigt het proces vooral intern gericht te blijven, in plaats van echt te leren van fouten en schade te herstellen.

Een kans voor FMO om het verschil te maken

Volgens de betrokken organisaties heeft FMO met dit vernieuwde beleid de kans om zich te onderscheiden als een instelling die mensenrechten serieus neemt. Daarvoor is echter meer nodig dan technische verbeteringen. Het vraagt om politieke wil, echte transparantie en de moed om gevoelige kwesties openbaar te maken.

Downloads

Deze bijdrage is opgesteld door organisaties die de schadelijke investeringen van FMO in het afgelopen decennium hebben gedocumenteerd en die betrokken zijn geweest bij het Onafhankelijke Klachtenmechanisme (ICM).
Daarnaast is deze bijdrage voorbereid door internationale organisaties die gespecialiseerd zijn in onafhankelijke verantwoordings- en klachtenmechanismen.

Voor meer informatie

Lees meer over dit onderwerp