De Pantanal, in het hart van Zuid-Amerika op de grens van Brazilie, Bolivia en Paraguay, is het grootste zoetwater-moerasgebied ter wereld. Het heeft een enorme biodiversiteit en de mensen die er wonen leven vooral van visserij en toerisme. Dit gigantische natuurgebied is van onschatbare waarde voor de waterhuishouding van een groot deel van het continent, tot aan de La Plata in Argentinië, zo'n 1500 kilometer verderop. Het gebied wordt van alle kanten bedreigd en daarom ondersteunt Both ENDS al sinds 1994 actief lokale organisaties die zich inzetten voor de bescherming van de Pantanal.
Het recht op water is belangrijker dan economisch gewin. Dat is afgelopen jaar in twee gemeentes in Honduras wettelijk vastgelegd. Onze partnerorganisatie ARCA heeft er hard voor moeten knokken, maar kreeg het uiteindelijk voor elkaar. Het ‘recht op water’… wat betekent dat precies in de praktijk? Waarom is het zo belangrijk en waarom is dit relatief kleine succes toch echt een mijlpaal? Sanderijn van Beek was er vanuit Both ENDS bij betrokken.
Ieder jaar op 14 november wordt in het Braziliaanse Cáceres de dag van de Paraguay-rivier gevierd. Dit is begonnen in 2000 toen het maatschappelijk middenveld voor het eerst de handen ineensloeg en met succes campagne voerde tegen de bouw van de Hidrovía Paraguay-Paraná, een waterweg. Sindsdien staat de datum symbool voor de sterke band van de bevolking met de rivier, haar cultuur en het milieu.
Fotoverslag - In 2016 werd het staatsbos rond de gemeenschap Kasepuhan Karang, in Java, Indonesië veranderd in gemeenschapsland. Met deze nieuwe zekerheid over hun landeigendom zijn de bewoners verschillende initiatieven gestart om hun land op een duurzame en inclusieve manier te benutten. Een veldbezoek aan de gemeenschap, voorafgaand aan het Global Land Forum 2018, laat goed zien wat dit betekent voor hun levensonderhoud en voedselzekerheid.
In 1959 ondertekenden Duitsland en Pakistan het eerste bilaterale investeringsverdrag in de wereld, niet wetende dat ze hiermee een nieuw tijdperk markeerden en dat vele landen hun voorbeeld zouden volgen. Momenteel bestaan er al ongeveer 3000 bilaterale investeringsverdragen (BIT's) en andere internationale investerings-overeenkomsten. Hoewel deze verdragen zowel voor de investeerder als voor het 'gastland' profijtelijk moesten zijn - voor de één zou het winst en voor de ander economische groei, werkgelegenheid en ontwikkeling opleveren - blijken ze in de praktijk voor veel gastlanden vooral grote negatieve gevolgen te hebben.
Dit door FCDO gesteunde project, onderdeel van het GAGGA-programma, bracht zes door vrouwen geleide, community-based organisaties van over de hele wereld samen om te onderzoeken hoe zij omgaan met de gecombineerde uitdagingen van klimaatverandering, genderongelijkheid en conflict. Via een benadering van Feminist Participatory Action Research documenteerden de organisaties strategieën variërend van landrechten-activisme tot klimaatresistente landbouw. Daarbij werd zichtbaar hoe industrieën, militarisering en patriarchale systemen uitsluiting en onveiligheid in de hand werken. Hun bevindingen informeren inmiddels beleidsmakers en donoren over de noodzaak om leiderschap van vrouwen aan de basis beter te ondersteunen. In onderstaande Q&A deelt projectleider Tamara Mohr meer over het onderzoek, de belangrijkste inzichten en de bredere impact ervan.
Onze Braziliaanse partnerorganisatie 'Socio-Environmental Fund CASA' viert komend jaar haar 10-jarig jubileum. De eerste 8 jaar financierde CASA bijna 700 projecten in 10 Zuid-Amerikaanse landen, maar in haar eigen land Brazilië krijgt CASA pas sinds kort erkenning. Een groot Braziliaans fonds - Socio-Environmental Fund CAIXA, dat deel uitmaakt van een Braziliaanse federale bank en vrijwel geen ervaring heeft in het verstrekken van kleinschalige financiering aan 'grassroots' organisaties - heeft CASA benaderd om meer te leren op dit gebied. CAIXA zag het afgelopen jaar hoe deskundig CASA is in het beheren van grote sommen geld van grote fondsen, om deze te herverdelen onder lokale groepen in Zuid-Amerika.
Overal in de wereld sluiten landen vrijhandelsverdragen met elkaar om toegang te krijgen tot buitenlandse markten. De lidstaten van ASEAN (Associatie van Zuidoost Aziatische Naties)* willen vanaf 2015 een gemeenschappelijke markt gaan vormen om de economische groei te bevorderen. Net als in de Europese Unie moeten goederen, diensten en personen vrij over de grenzen kunnen bewegen. Officieel heeft ASEAN zich ten doel gesteld om deze groei zo duurzaam, eerlijk en inclusief mogelijk te maken. Toch zullen in veel gevallen lokale gemeenschappen, die afhankelijk zijn van natuurlijke hulpbronnen zoals bossen, er de dupe van zijn.
Wij feliciteren onze collega’s van the National Association of Professional Environmentalists (NAPE) uit Uganda! Op 10 december jl. , de Internationale dag van de Mensenrechten, kregen zij eindelijk erkenning voor hun harde, moeizame strijd: NAPE werd toen door de Ugandese Human Rights Commission (UHRC), in samenwerking met de UN Office of the High Commissioner for Human Rights (OHCHR), onderscheiden met de prestigieuze Human Rights Award. Voor Frank Muramuzi, de directeur van NAPE, is de prijs een eerbetoon voor het harde werk aan het duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen en de rechten van gemeenschappen die de dupe zijn van grootschalige ontwikkelingsprocessen in het land.