Het Saamaka-volk in Suriname verzet zich al lang tegen de schending van hun landrechten door de overheid. Ondanks een uitspraak van het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens (IACHR) in 2007 tegen deze schendingen, blijft de regering houtkap en mijnbouw toestaan op Saamaka-gebied zonder vrije, voorafgaande en geïnformeerde toestemming (FPIC). Dit leidt tot ontbossing, landonteigening en verstoring van hun levensonderhoud. Een recent voorbeeld is de aanleg van een 42,7 km lange weg door hun gebied voor houtkap, blijkt uit een nieuw rapport.
De vereniging van Saramakaanse Gezagdragers (VSG) is een organisatie die dorpshoofden uit 61 Saramakadorpen in Suriname verenigt om te strijden tegen grootschalige schending van landrechten. Het gebied van de Saramaka wordt bedreigd door mijnbouw- en boskapbedrijven en de Surinaamse overheid doet daar weinig tot niets aan. VSG voert actie voor bescherming van het land en het slagvaardiger maken van de bevolking. Wij spraken Hugo Jabini van VSG over zijn verwachtingen van Rio+20.
In september 2019 vulden de straten van Jakarta zich met woedende demonstranten. Ze protesteerden tegen de ‘Omnibus-werkgelegenheidswet’ die ervoor zou zorgen dat de regels voor mijnbouw versoepelen, bedrijven nauwelijks meer aansprakelijk worden gesteld voor gepleegde misdrijven en de nationale anticorruptie-commissie minder macht krijgt. Vandaag de dag zijn zulk soort protesten in Indonesië absoluut niet meer mogelijk vanwege de Covid-19 crisis en bijbehorende lockdown-maatregelen. Andere manieren voor Indonesische burgers om enige invloed te hebben op besluit- en wetgevingsprocessen waren er sowieso al nauwelijks.
Vaak worden vrouwen het hardst getroffen als overheden gebieden aanwijzen voor ontwikkeling, zoals mijnbouw of grootschalige landbouw. Vrouwen zijn over het algemeen verantwoordelijk voor de voedselvoorziening van hun gezin. Daarvoor zijn zij afhankelijk van natuurlijke hulpbronnen als water en land. Tegelijkertijd hebben vrouwen nauwelijks toegang tot besluitvormings-procedures. Door de positie van vrouwen in de Keniaanse Tana Delta te versterken heeft Both ENDS' partnerorganisatie Nature Kenya een succesvolle tegenmacht gecreëerd om nationale beleidsmakers te overtuigen van de noodzaak om vrouwen te betrekken in landgebruiksplanning. En met succes!
Goed nieuws voor onze partnerorganisatie Gram Swaraj in India! Samen met het Non-Timber Forest Products Exchange Programme (NTFP-EP) heeft Both ENDS – in het kader van het Eosystem Alliance India Programma - Gram Swaraj genomineerd voor de ‘Paul K. Feyerabend Award – A World of Solidarity is Possible’. Deze organisatie zet zich in voor de rechten van tribale gemeenschappen op het Indiase platteland. De cultuur, het leefgebied en bestaan van deze gemeenschappen worden tegenwoordig bedreigd door o.a. uitbreidende mijnbouw en industriële activiteiten in India.
Op 23 september hebben de Europese Unie en Indonesië hun onderhandelingen over de EU-Indonesië Comprehensive Economic Partnership Agreement (CEPA) afgerond, een vrijhandelsovereenkomst tussen de EU en Indonesië. Both ENDS hekelt deze overeenkomst omdat deze de belangen van bedrijven boven die van lokale gemeenschappen en het milieu stelt.
Jane Lingbawan is directeur van het Center for Development Programs in the Cordillera (CDPC), een Filipijnse organisatie gelieerd aan de Cordillera Peoples Alliance (CPA). Ze sprak met ons over haar verwachtingen voor de RIO+20 conferentie.
Via het Wetlands without Borders-programma zetten we ons in voor duurzaam en maatschappelijk verantwoord beheer van het wetlandsysteem La Plata Basin in Zuid-Amerika.