Dit opinieartikel verscheen op vrijdag 3 februari in dagblad Trouw
De misstanden bij de bouw van een vliegveld op de Filippijnen tonen aan hoe urgent wetgeving voor verantwoord ondernemen is, juist in Nederland, stellen Murtah Shannon (Both ENDS) en Maartje Hilterman (IUCN NL) namens een coalitie van Nederlandse en Filippijnse organisaties (zie onderaan).
Vandaag stuurden marwin vos en Xavier Roelens onderstaand persbericht uit. Both ENDS is heel blij met deze gulle actie van de dichters. Niet alleen omdat deze nieuwe aandacht genereert voor de misstanden die plaatsvinden in de Baai van Manilla en voor de rol van Nederlandse bedrijven en overheid daarin. Minstens even belangrijk is dat de Filippijnse organisatie Kalikasan People's Network for the Environment (KPNE) en de gedupeerde vissergemeenschappen in de baai, met deze gift nog steviger van zich kunnen laten horen en kunnen opkomen voor hun geschonden rechten.
Het Mandalika International Street Circuit is een straatcircuit in de badplaats Mandalika in Centraal Lombok in de provincie West Nusa Tenggara. Het project, dat vooral bedoeld is om toeristen aan te trekken, wordt grotendeels gefinancierd door de Asian Infrastructure Investment Bank (AIIB), waarin ook Nederland een aandeel heeft.
Farmaceuten houden vast aan hun patenten en (onze) overheden nemen de belemmeringen voor vrije productie – die al jaren geleden binnen internationale handelsverdragen zijn opgeworpen – niet weg.
Both ENDS streeft ernaar dat maatschappelijke organisaties hun werk veilig kunnen doen, om zo de besluitvorming over ecosystemen, milieurechtvaardigheid en mensenrechten te kunnen beïnvloeden. Maar de ruimte voor deze organisaties om zich uit te spreken krimpt op veel plekken. Repressie, bedreiging en geweld tegen milieu- en mensenrechtenverdedigers, inclusief onze partners, neemt toe.
28 organisaties hebben een brief geschreven aan FMO waarin ze de bank oproepen om haar beleid en praktijk op het gebied van transparantie grondig te herzien en te versterken. Dit omvat onder meer de verbetering van informatievoorziening op de FMO-website volgens internationale standaarden, en een verplichting aan klanten om projectdocumentatie volledig openbaar te maken. Ook moet FMO ervoor zorgen dat die informatie begrijpelijk is voor de betrokken gemeenschappen en deze ook bereikt, zodat ze zinvol kunnen deelnemen aan besluitvormingsprocessen rond projecten.
Op dinsdag 28 juni dienden de Hondurese organisatie COPINH en de Global Justice Association een klacht in bij de officier van justitie in Nederland tegen de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO. Voor COPINH is dit onderdeel van hun voortdurende strijd om degenen die betrokken zijn bij de moord op hun leider Berta Cáceres voor het gerecht te brengen. FMO financierde in 2014 het Agua Zarca-project in Honduras. De nieuwe klacht is gebaseerd op documenten waaruit blijkt dat het geld van FMO oneigenlijk is gebruikt.
De Nederlandse exportkredietverzekeraar, Atradius DSB, kondigde gisteren aan een exportkredietverzekering ter waarde van 1,5 miljard euro te verlenen aan Boskalis voor een controversieel landaanwinningsproject in de Filipijnen. De toekenning van de exportkredietverzekering voor dit project druist in tegen de Nederlandse ambities op het gebied van milieu en verantwoord ondernemen. Dat zegt een aantal Nederlandse en internationale organisaties waaronder Both ENDS, CARE Nederland, IUCN NL, Kalikasan PNE en Oceana Philippines.
Klimaatactie is keihard nodig om de opwarming van de aarde te beperken. De gevolgen van klimaatverandering zijn nu al te merken. Overstromingen in Pakistan en dicht bij huis kosten levens en zorgen voor veel emotionele en economische schade, terwijl lokale klimaatoplossingen nog steeds grotendeels genegeerd worden. Daarom zal Both ENDS aanwezig zijn tijdens de klimaattop COP27 in Sharm El Sheikh, Egypte.