Nederland moet zo snel mogelijk stoppen met het verlenen van exportsteun aan Nederlandse bedrijven voor vervuilende, fossiele projecten in het buitenland. Daarover schreef een brede coalitie van nationale en internationale maatschappelijke organisaties onder leiding van Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International afgelopen vrijdag 28 mei een brief naar de onderhandelaars in de formatie. De exportsteu, ter waarde van zo'n 1,5 miljard euro per jaar, ondermijnt het Nederlandse en internationale klimaatbeleid en belemmert zo de wereldwijde duurzame energietransitie, zo stellen de ondertekenaars. Hieronder het eerste gedeelte van de brief.
Onlangs besteedden diverse media aandacht aan het feit dat Nederland een grote rol speelt in de wereldwijde ontbossing, oa door onze import van soja en palmolie. Een alarmerend bericht, op basis van een gedegen onderzoek van het WWF. Paul Wolvekamp en Tamara Mohr schreven naar aanleiding hiervan een optimistisch opiniestuk, met suggesties hoe Nederland haar rol als grote importeur juist ten goede kan inzetten om het tij te keren en de bossen wereldwijd te beschermen tegen verdere vernietiging voor onze import.
Op 25 maart jl, een dag na bloedige aanslagen in Noord-Mozambique, besloot de Nederlandse staat tot een exportkredietverzekering ter waarde van 900 miljoen euro voor de activiteiten van baggeraar Van Oord in het land. Het bedrijf voert baggerwerkzaamheden uit in een zeer omstreden gasproject dat volgens Mozambikaanse belangengroepen een belangrijke rol speelt in het escalerende geweld in de regio. Maatschappelijke organisaties Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International en de Mozambikaanse organisaties waarmee zij samenwerken, zijn geschokt over de gang van zaken en roepen de Nederlandse overheid en de Nederlandse exportkredietverzekeraar Atradius DSB ter verantwoording.
De Nederlandse exportkredietverzekeraar Atradius DSB opereert haaks op het Klimaatakkoord van Parijs; in naam van de Nederlandse Staat blijft het investeringen in fossiele brandstoffen flink ondersteunen. Dat blijkt uit een rapport van Duits onderzoeksbureau Perspectives Climate Research (PCR), waarin de exportkredietverzekeraars van Nederland en die van Japan langs de Parijs-lat worden gelegd op het gebied van hun klimaatambities.
Nu het regeerakkoord er ligt en we Sigrid Kaag als nieuwe minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van Rutte III mogen verwelkomen, kunnen we vooruitkijken naar waar de kansen liggen in de plannen van de nieuwe coalitie om vanuit Nederland de wereld duurzamer en eerlijker te maken. Het regeerakkoord, dat een brug probeert te slaan tussen het politieke midden en centrumrechts, is een knap staaltje compromiswerk. Dat is in de huidige internationale context van steeds meer uit elkaar groeiende samenlevingen een opvallende prestatie.
Veel landen ondersteunen investeringen in fossiele brandstoffen in het buitenland via hun exportkredietverzekeraar (EKV). Dit draagt bij aan zogeaamde carbon lock-in, waarbij bedrijven of zelfs landen, om de investering terug te verdienen, zolang als de levensduur is van zo'n project, CO2 blijven uitstoten. Dat gaat vaak zelfs om perioden van decennia. Dit vertraagt de overgang naar hernieuwbare energiebronnen ernstig en is in strijd met met art. 2.1c van de het klimaatakkoord van Parijs.
Dit side-event gaat in op de gevolgen van exportfinanciering voor fossiele projecten in het mondiale Zuiden. Daarnaast worden concrete aanbevelingen gegeven om exportkredietverzekeraars CO2-arm te maken.
Meld je hier aan!
Ontwikkelingsbanken zouden zich aan strenge milieu- en mensenrechtenregels moeten houden zodat hun projecten de allerarmsten ten goede komen en niet schaden. Both ENDS houdt de banken hieraan.
In de Noordoostelijke punt van de Flevopolder bevindt zich landgoed Roggebotstaete. Een levendige oase van natuur en biodiversiteit, ontstaan door menselijke arbeid. Ooit was het de boomkwekerij van de Rijksdienst, maar sinds het in 2012 werd geschonken aan Stichting Roggebotstaete Landgoed hebben zich er allerlei nieuwe initiatieven ontwikkeld rond het thema 'eetbare natuur'. Both ENDS startte vanuit haar toenmalige Rich Forests- programma in 2015 samen met Roggebotstaete een voedselbos op het landgoed. Lennard Duijvestijn, de aanjager van het landgoed, vertelt ons over zijn passie voor het landgoed, het unieke van voedselbossen en zijn hoop voor de toekomst, om te beginnen die van Flevoland.