Both ENDS

Nieuws / 23 februari 2023

Atradius DSB op het matje over exportsteun aan gasproject in Mozambique

Exportkredietverzekeraar Atradius DSB en de Nederlandse staat hebben onvoldoende geluisterd naar de zorgen van het maatschappelijk middenveld en de ambassade tijdens besluitvorming over een exportkredietverzekering aan baggerbedrijf Van Oord. Dat concludeert consultancybureau Proximities na onderzoek in opdracht van de Tweede Kamer. In maart 2021 besloot de Nederlandse staat, via exportkredietverzekeraar Atradius DSB, een verzekering ter waarde van 900 miljoen euro te verlenen aan Van Oord, voor het uitvoeren van baggerwerkzaamheden voor de kust van Noord-Mozambique: onderdeel van een gigantisch – en omstreden - gasproject.

Het project is onder andere controversieel omdat duizenden mensen, boeren- en vissersfamilies, wonen in wat nu projectgebied is. De enorme economische voorspoed die de gaswinning zou opleveren blijft uit. Integendeel: velen van hen raakten de toegang tot vruchtbaar land en visgronden kwijt en moesten hun huis verlaten. De lokale bevolking in het gebied ondervindt sociale- en milieuschade van het project, wat volgens Mozambikaanse belangengroepen en internationale onderzoekers extra voeding geeft aan conflicten en gewelddadigheden in te toch al instabiele regio in Noord-Mozambique. Sinds 2017 laaide daar het geweld op en sindsdien zijn meer dan 2600 mensen vermoord en is een half miljoen mensen op de vlucht geslagen. In de eerste helft van 2021 vonden gruwelijke gewelddadigheden plaats in het gebied, met vele dodelijke slachtoffers, maar ondanks dat besloot Atradius DSB op dat moment exportsteun aan het project van Van Oord te gaan verlenen.

Waarschuwingen niet serieus genomen

Both ENDS, Milieudefensie en een aantal Mozambikaanse organisaties zijn al jaren in gesprek met de betrokken ministeries en Atradius DSB en hebben vanaf het eerste uur gewaarschuwd voor de mensenrechtenschendingen, escalatie van geweld, klimaatschade en economische risico's die met het project gepaard gaan. Het recent uitgekomen rapport bevestigt nu dat er met die waarschuwingen te weinig is gedaan.

Het volledige rapport moet nog openbaar gemaakt worden, maar Both ENDS en Milieudefensie verwelkomen de eerste conclusies die zijn gedeeld in een brief van minister Schreinemacher.en staatssecretaris Van Rij. Nu dit onafhankelijke bureau concludeert wat NGO's al jaren zeggen, namelijk dat besluitvorming over investeringen vooral moet plaatsvinden op basis van informatie van lokale maatschappelijke organisaties, zal Atradius DSB daaraan actie moeten verbinden.

Selectieve informatie

Atradius DSB heeft volgens het rapport niet alleen beschikbare informatie over de veiligheidssituatie in het gebied grotendeels naast zich neergelegd, maar ook 'niet voldoende objectiviteit kunnen waarborgen in de veiligheidsanalyse van het project'. Het heeft bovendien te weinig expertise op dit gebied. Uit documenten die al waren vrijgekomen nadat Both ENDS en Milieudefensie in 2021 een WOB-procedure waren gestart, blijkt ook dat Total, de projecteigenaar, zelf een belangrijke bron van informatie over de veiligheidssituatie was. De conclusies van Proximities brengen pijnlijk aan het licht tot welke situaties het kan leiden als investeerders zoals Atradius DSB voor de informatie waarop ze hun investeringsbesluit baseren, (gedeeltelijk) afhankelijk zijn van degenen die enorm belang hebben bij een positief besluit.

Verkeerde voorstelling van zaken

In de brief van de minister wordt een aantal zaken onjuist voorgesteld. Zo stelt de brief dat er vóór de escalatie van geweld op 24 maart 2021 'reeds enkele maanden een verhoogde geweldcontext in de regio' was. Dat geweld bestond echter al veel langer: het begon al in 2017 en verergerde met de tijd. Daarnaast stelt de brief dat de Nederlandse Staat op basis van de informatie die zij destijds tot haar beschikking had, niet kon stellen dat de uitvoering van het project in het gevaar was. Ook dat klopt niet: zowel Atradius DSB als de ministeries zijn in de jaren voorafgaand aan dit besluit herhaaldelijk gewaarschuwd over de veiligheidssituatie in Cabo Delgado en het risico dat deze vormde voor het project. Dat is terug te vinden in meerdere documenten die Both ENDS en Milieudefensie hebben ontvangen door het WOB-verzoek. De Staat wist dat er risico's waren en had zorgen over de capaciteit van Atradius DSB om deze voldoende in kaart te brengen. Desondanks besloot het Verzekeringscomité het project goed te keuren.

Ook ministeries verantwoordelijk

Atradius DSB had haar veiligheidsanalyse niet voldoende op orde en sloeg de jarenlange waarschuwingen van NGO's hierover in de wind. Maar dat gold ook voor het ministeries van Financiën en Buitenlandse zaken, onder wier verantwoordelijkheid Atradius DSB valt. De schrijvers van het rapport doen een aantal aanbevelingen aan Atradius DSB en de verantwoordelijke ministeries. Dat zouden eerste stappen kunnen zijn naar de verbetering van alle analyses van Atradius DSB – niet alleen die in projecten met een verhoogd veiligheidsrisico. Het uitvoeren van onafhankelijke analyses, het niet blind afgaan op informatie van de belanghebbenden in een project en het juist wél serieus nemen van de kennis en de zorgen van het lokale maatschappelijk middenveld, zijn daarin onontbeerlijk.

En nu?

Op dit moment ligt het Mozambique LNG-project officieel nog altijd stil na het uitroepen van de Force Majeure in 2021. Cabo Delgado is sterk gemilitariseerd en Total probeert de kosten voor de bescherming van het gasproject te verhalen op de toch al verarmde burgers van Cabo Delgado. Voor hen is de toekomst onzeker en het geweld, of de dreiging ervan, een dagelijkse realiteit. Kritische journalisten en NGOs komen de regio moeilijk in, worden bedreigd, verdwijnen of zijn vermoord. Atradius DSB en de ministeries zullen na het opheffen van de Force Majeure zeker een herevaluatie van de situatie moeten doen. Dit zal alleen kunnen als alle aanbevelingen uit het rapport worden geïmplementeerd. De kans dat een exportkredietverzekering voor dit project na een werkelijk zorgvuldige analyse alsnog kan worden goedgekeurd, is vrijwel nihil.

 


 

Wat is een exportkredietverzekering?
Vooral voor grote projecten met grote financiële risico's kan een bedrijf zich niet altijd op de markt verzekeren. De Nederlandse overheid biedt in dat soort gevallen, vaak in ontwikkelingslanden, exportkredietverzekeringen aan, via exportkredietverzekeraar Atradius DSB. Het exporterende bedrijf (in bovenstaand geval dus Van Oord) betaalt een premie, en de overheid betaalt in geval van schade het bedrijf. Deze schade probeert de overheid vervolgens alsnog van de afnemers of opdrachtgevers terug te krijgen – in dit geval dus Total en de Mozambikaanse overheid. Omdat onze overheid met deze verzekering garant staat voor het bedrijf, zijn private financiers (banken) sneller bereid om te investeren en leningen te verstrekken. Zonder de exportkredietverzekering is het maar de vraag of een Nederlands bedrijf zoals Van Oord genoeg financiering kan vinden om zo'n risicovol project uit te voeren. Het ministerie van Financiën is primair verantwoordelijk voor het beleid van Atradius DSB, en het parlement heeft een belangrijke toezichthoudende rol.

Voor meer informatie

Lees meer over dit onderwerp