De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO en het Finse FinnFund hebben deze week aangegeven dat ze 'op zoek gaan naar een verantwoordelijke en juridische manier om zich definitief terug te trekken uit het Agua Zarca-project in Honduras'. Vorige week werd bekend dat vier verdachten zijn opgepakt in de zaak rondom de moord op de mensenrechtenactivist Berta Cáceres, die zich al jaren verzette tegen dat project. Eén van de arrestanten is de 'manager for social and environmental affairs' van Desa, het bedrijf dat het Agua Zarca-project uitvoert. Omdat het bedrijf de directe klant van FMO en FinnFund is, is de arrestatie voor de banken reden om zich te bezinnen op maatregelen.
Het expertpanel van het onafhankelijke klachtenmechanisme van de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO gaat voor het eerst in zijn geschiedenis een klacht in behandeling nemen. De klacht werd op 5 mei ingediend door omwonenden van de in aanbouw zijnde Barro Blanco dam in Panama. Deze mensen behoren tot de inheemse Ngäbe-Buglé stam en vinden dat FMO zich niet heeft gehouden aan haar eigen sociale en milieu- standaarden bij de lening van 25 miljoen dollar voor de bouw van de dam. Anouk Franck van Both ENDS volgt de situatie op de voet.
Drie dagen nadat de eerste huizen onder water kwamen te staan door de Barro Blanco dam, sloot de Panamese regering een akkoord over deze dam met vertegenwoordigers van de Ngäbe-Bugle bevolking. De getroffen gemeenschappen zijn echter nog altijd niet betrokken bij het proces. Both ENDS maakt zich grote zorgen over deze ontwikkelingen. De bouw van de Barro Blanco-dam, medegefinancierd door de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO, ontmoet grote weerstand van de mensen in het gebied waar de dam aangelegd wordt.
Omwonenden van de in aanbouw zijnde Barro Blanco dam in Panama, die tot de inheemse bevolkingsgroep Ngäbe-Buglé behoren, hebben een klacht ingediend tegen de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO. De bank heeft 25 miljoen dollar geïnvesteerd in de dam in de rivier de Tabasará. De Ngäbe-Buglé verwijten de FMO onvoldoende rekening te hebben gehouden met haar eigen milieu- en sociale standaarden. Daarmee worden ook internationale afspraken met betrekking tot inheemse volken geschonden. Voor Both ENDS volgt Anouk Franck de FMO.
De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO heeft druk uitgeoefend op de Panamese regering om de bouw van de Barro Blanco-dam vooral door te laten gaan, meldt de Volkskrant vandaag. De werkzaamheden rond de bouw van de omstreden dam waren in februari dit jaar tot nader order stopgezet. De Panamese milieu-autoriteit had geconstateerd dat het bouwbedrijf dat de werkzaamheden uitvoert - het Panamese Genisa – milieuregels had overtreden en geen goede afspraken had gemaakt met de inheemse bevolking. De FMO is één van de investeerders in het project.
Tien jaar na het groen licht voor de dam Nam Theun 2 in Centraal Laos blijkt dit megaproject desastreuze gevolgen te hebben voor mens en milieu. Het vlaggenschip van de Wereldbank, de Aziatische Ontwikkelingsbank (ADB) en de Europese Investeringsbank (EIB) heeft de beoogde ontwikkelingsdoelen niet behaald. In een persbericht roepen Both ENDS en partnerorganisaties de multilaterale banken op hun steun aan grootschalige dammen zoals Nam Theun 2, in te trekken. De bouw van de dam, die in 2010 in gebruik werd genomen, heeft verstrekkende gevolgen voor lokale gemeenschappen, terwijl zij er niet de vruchten van plukken.
De Nederlandse minister voor Handel en Hulp betreurt het dat een deel van de Ngäbe-Buglé stam ontevreden is met het verder bouwen van de Barro Blanco dam in de Tabasara rivier in Panama. Ploumen antwoordde dit op kamervragen van Jasper van Dijk (SP).
Nederland is bij de bouw van die omstreden dam betrokken door de lening die de ontwikkelingsbank FMO heeft verstrekt. Ploumen wil er bij de FMO niet op aandringen dat de bank zijn lening terugtrekt, ook al is er sprake van een schending van een basaal mensenrecht; van ‘free, prior and informed consent’ bij een deel van de Ngäbe is geen sprake. Voor Both ENDS kijkt Anouk Franck naar de gevolgen van de leningen van de FMO.
Deze week hoorden wij het verdrietige nieuws uit Flint, Michigan, dat Sandra Smithey is overleden. Zij was jarenlang onze steun en toeverlaat bij de CS Mott Foundation. Dit fonds heeft meer dan 20 jaar het werk van Both ENDS en partners zoals Casa Fund en het NGO Forum on the ADB zowel financieel als met haar brede kennis, gesteund. Een van haar ambities was om internationale geldstromen, zoals ontwikkelingsfinanciering via de Wereldbank maar ook bijv. exportkredietverzekeringen, eerlijker en duurzamer te maken.
Op 23 juli aanstaande vergadert de Wereldbank over haar ‘safeguards’: criteria waaraan een project moet voldoen om in aanmerking te komen voor een lening of een investering. De Wereldbank herziet in de komende maanden haar sociale en milieu-gerelateerde safeguards en volgens Both ENDS medewerker Pieter Jansen liggen daar kansen om de bank ertoe te bewegen ze aan te scherpen. Mens en natuur zullen daardoor in de gebieden waar de Wereldbank investeert beter worden beschermd. Maar als de Wereldbank besluit de safeguards juist te versoepelen zullen haar investeringen meer negatieve gevolgen hebben voor lokale bevolkingsgroepen en hun leefomgeving. Maatschappelijke organisaties hebben al vaker hun zorgen geuit, maar nu het bijna de 23ste is, doet Pieter nog één poging om het bestuur van de Wereldbank te wijzen op haar verantwoordelijkheid: namens Both ENDS verstuurde hij een brief met aanbevelingen aan Frank Heemskerk, de Nederlandse bewindvoerder van de Wereldbank. We stelden Pieter een aantal vragen.