FMO publiceerde op 20 september nieuwe standpunten over mensenrechten, landbeheer en gender. Het is goed dat FMO mensenrechten nu serieus neemt en we juichen hun inspanningen toe om hun standpunten over mensenrechten, land en gender te verbeteren. Maar voor een echt positieve invloed op mens en milieu zijn er nog een aantal vervolgstappen nodig.
Deze week komen meer dan dertig afgevaardigden van organisaties uit alle hoeken van de wereld naar Amsterdam. Wat hebben ze met elkaar gemeen en waarom gaan ze elkaar ontmoeten? Ze werken allemaal in hun eigen context aan duurzame ontwikkeling, milieu, de bescherming van mensenrechten of specifiek op het thema gendergelijkheid en vrouwenrechten. En ze zijn allemaal op de een of andere manier gelinkt aan de drie organisaties die met het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken samenwerken in ‘GAGGA’, de Global Alliance for Green and Gender Action.
Both ENDS ontwikkelde een methode om gender kwesties te integreren in het beheer van natuurlijke hulpbronnen als land en water. Partnerorganisaties AMICHOCÓ in Colombia, ANCE in Togo en BARCIK in Bangladesh gebruiken deze methode sinds 2010 in hun werkgebied. Hoewel in deze en veel andere gebieden vrouwen hetzelfde werk doen als mannen, bestaat er nog geen gelijkwaardige zeggenschap over de productie en het beheer van hulpbronnen. De aanpak van Both ENDS is erop gericht het bewustzijn over man-vrouw relaties en het belang van gelijkwaardigheid te vergroten doormiddel van probleemschetsing en het toepassen van praktische oefeningen.
Both ENDS en partnerorganisaties Amichocó (Colombia), BARCIK (Bangladesh) en ANCE (Togo) onderkennen de belangrijke rol die genderongelijkheid speelt in milieu - en ontwikkelingsvraagstukken. Gezamenlijk zijn we daarom begonnen met het testen van een praktische benadering waarmee gender een vaste plaats krijgt in ons werk op het gebied van hat management van natuurlijke hulpbronnen. Hoewel de praktijk waarin de organisaties werken zeer divers is, is de geteste benadering algemeen toepasbaar.