Both ENDS

Blog / 22 december 2016

Guatemala: Suiker is niet voor iedereen zoet

Ik ben voor Both ENDS in het groene Guatemala. Maar hoe idyllisch het ook lijkt: in dat groen zitten veel problemen verborgen. Daar kom ik achter tijdens een trip naar de suikerrietplantages aan de kust.

In de koelte van de vroege ochtend word ik opgehaald door Victor en Jorge van onze Guatemalteekse partnerorganisatie Utz Che'. We rijden het nog stille Guatemala-Stad uit. De stad ligt in de bergen, maar vandaag dalen we af naar de kust, waar het tropisch heet is en groene heuvels en rokende vulkanen het landschap tekenen. De geur van de hitte en het groen is overweldigend, zo plots.

 suikerriet

Suikerrietplantage

 

Groene hel
We praten over de monoculturen die oprukken, in dit gebied vooral rietsuiker. Overal om me heen zie ik de rietsuikerplantages. Mijn reisgenoten geven me een overweldigende opsomming van alle problemen. Het kappen van het riet is ontzettend zwaar. De lokale bewoners weigeren dit te doen, maar de bedrijven kunnen zonder moeite inheemse mannen uit het oosten van het land overbrengen, voor weinig loon en met bizarre arbeidsomstandigheden. "Als ze hier aankomen krijgen ze een medische test om te kijken of ze het werk wel aankunnen. Het is namelijk een hel, uren achter elkaar riet kappen in de brandende zon. De mannen krijgen chemische drankjes zodat ze het volhouden", vertelt Jorge mij.

 

 

Om de oogst te vergemakkelijken en het proces van condenseren van de suiker in gang te zetten worden de velden in de fik gezet. Later op de dag ben ik er getuige van hoe enorme rookwolken optrekken uit de velden, alsof er een zware onweersbui aankomt. De rook komt de huizen van de omwonenden binnen. Terwijl de rietsuiker groeit worden fertilizers en pesticiden vanuit helikopters over het gewas gespoten. Deze chemicaliën beperken zich niet tot de enorme suikerrietvelden. Ze hebben ook effect op de gewassen van de omliggende boeren: deze rijpen sneller - te snel - en zijn daardoor vaak niet meer te gebruiken. De chemicaliën komen ook terecht in de dorpen en mensen worden ziek. Men wil meer oogsten dan de grond aankan. De vruchtbare aarde raakt uitgeput en het water in de rivier Madre Vieja raakt op.

 

De plantagehouders hebben de koers van de rivier veranderd en gebruiken zoveel water, dat de rivier zomer na zomer droog heeft gestaan. Voor de boeren rond de suikerrietplantages bleef geen water meer over.

 Madre Vieja

De Madre Vieja

 

De strijd om water
Vanmorgen hebben we afgesproken met een groep boeren in het zuiden van Guatemala, vlakbij de kust. Afgelopen zomer, in februari, hebben deze boeren ervoor gezorgd dat de plantages niet al het water uit de rivier mochten gebruiken. Ze zaten aan tafel met de bedrijven en met de burgemeester (die aan hun kant staat) en hielden manifestaties. "Maar", legt een van de boeren uit, "ook als er wel een beetje water in de rivier overblijft, wat volgens de autoriteiten genoeg is, dan warmt het water op, de vissen sterven en het ecosysteem gaat kapot."

 

Dit jaar willen de lokale boeren met hulp van Utz Che' juridische bescherming van de rivier aanvragen bij de rechtbank. Daardoor zal het grootschalige watergebruik aan banden worden gelegd. Ook zet Utz Che' een grondig onderzoek op naar de gevolgen van de suikerrietplantages en de verandering van de koers van de rivier.

 

Vandaag gaan op zoek naar de grens van de plantages. Een aantal boeren en Dani, de voorzitter van het lokale watercomité, gaan met ons mee. Officieel mogen de plantages tot drie kilometer van de kust planten, om het kwetsbare mangrovebos te beschermen. Er is echter het vermoeden dat de plantages al tot veel verder zijn opgerukt.

 

Met de auto rijden we zo ver mogelijk langs de rivier. Onderweg laait een discussie op: verzetten we ons alleen tegen het misbruik van het water, of gaan we zelfs zo ver dat we zeggen dat we helemaal geen suikerriet willen? De meningen zijn verdeeld. De rivier en het mangrovebos beschermen, dat wil iedereen, maar ook daadwerkelijk zeggen dat het suikerriet weg moet, dan wordt het ingewikkeld en gevaarlijker. De bedrijven zijn machtig, en de mensen die werk krijgen hebben Dani al wel eens beschuldigd: 'Als ik straks geen werk meer heb, is dat jouw schuld.' Victor legt me uit dat hij het belangrijk vindt te doen wat de gemeenschap wil: "Ik kan wel willen dat we strijden tegen het suikerriet, maar deze mensen leven elke dag tussen de plantages en de verschillende belangen."      

weg langs het suikerriet

Op zoek naar het einde van de plantages

 

Als we niet meer verder kunnen rijden laten we de auto achter en lopen verder, richting de zee. We lopen langs de plantages, ploeteren door de modder en langs stukken moeras, komen zo dicht bij de zee dat we de golven horen rollen, maar mangrovebomen vinden we niet.

 

Gevaarlijk spel
We wandelen, of ploeteren, terug, de zon is bloedheet. Dan komen we aan bij de auto. De deur staat open, heb ik die opengelaten? Op de voorruit zitten twee grote sterren, de papieren uit de auto liggen overal over de grond verspreid, de achterruit is helemaal kapot geslagen en de reserveband die in de laadbak lag vinden we terug in de bosjes. Er is niets gestolen, de autoradio niet, helemaal niets. Dit is intimidatie. Terwijl niemand wist wat we gingen doen. Wie heeft ons verraden?

 

Dani zegt: "Ons maken ze niet bang, we gaan door omdat we macho's zijn." Victor neemt me even apart. "En dit is waarom het zo moeilijk is om vrouwen te betrekken, er is veel geweld. Er is ons niets gebeurd, maar toch denken de mannen hierdoor dat de vrouwen niet mee kunnen."

 

Langzaam rijden we terug, op zoek naar sporen in het zand. Ik ben niet bang, maar wel geschrokken. Dit is dus wat deze mensen iedere dag doormaken, dit is wat ze op het spel zetten. Wat zal er door hen heengaan, vraag ik me af. Word je langzaam bang en vraag je jezelf af of je strijd het wel waard is om zo'n risico te lopen? Of is het juist een bewijs dat je door moet gaan, omdat de onrechtvaardigheid zo groot is? Is er dan niet toch een verschil tussen mannen en vrouwen? En zou ik wel bang zijn als ik kinderen had? Een jongen op een motor komt ons tegemoet en ik vraag me af of hij het is die onze auto kapot heeft gemaakt, en daarop besef ik dat zulke incidenten je dus ontzettend achterdochtig maken.

 

"Vertel het verhaal!"
Deze dag doet me opnieuw realiseren hoe ingewikkeld zo'n conflict is. Er is een groep van ongeveer 40 families die zich organiseert om de rivier te beschermen, om het bos te beschermen, om hun toegang tot water te beschermen, hun grond, hun oogst. En er zijn families die werk krijgen op de suikerrietplantages, weliswaar niet om te oogsten, maar om te planten, om te irrigeren, om te administreren, om de trucks te besturen. Sommige mensen die een stuk land hebben, verhuren dit aan het suikerrietbedrijf. Het geld dat ze daarvoor krijgen is soms meer dan het geld wat men kan verdienen als ze het land bewerken. De belangen zijn dus groot.

 

Dani vraagt zich af hoe er in Europa tegenaan gekeken wordt. En zoals me eigenlijk altijd wordt gevraagd in dit soort situaties, verzoekt hij me het verhaal te vertellen thuis. Zodat de mensen weten waar hun suiker vandaan komt. Zodat ze het niet meer zullen kopen.

 

Lees meer over dit onderwerp