Both ENDS

Nieuws / 10 oktober 2021

Voedselbos in de Flevopolder smaakt naar meer!

In de Noordoostelijke punt van de Flevopolder bevindt zich landgoed Roggebotstaete. Een levendige oase van natuur en biodiversiteit, ontstaan door menselijke arbeid. Ooit was het de boomkwekerij van de Rijksdienst, maar sinds het in 2012 werd geschonken aan Stichting Roggebotstaete Landgoed hebben zich er allerlei nieuwe initiatieven ontwikkeld rond het thema 'eetbare natuur'. Both ENDS startte vanuit haar toenmalige Rich Forests- programma in 2015 samen met Roggebotstaete een voedselbos op het landgoed. Lennard Duijvestijn, de aanjager van het landgoed, vertelt ons over zijn passie voor het landgoed, het unieke van voedselbossen en zijn hoop voor de toekomst, om te beginnen die van Flevoland.

Als ik op de website van Roggebotstaete kijk naar foto's van het voedselbos, dan zie ik vooral foto's van bosvruchten zoals frambozen en bessen. Wat maakt een voedselbos anders dan een boomgaard?

"We hebben het hier over een heel bijzonder ecosysteem, waarin natuur en voedselproductie samenkomen. De synergie tussen die twee is nergens zo groot als in een voedselbos. Er groeit inderdaad veel fruit, maar in een boomgaard heb je vaak maar een beperkt aantal soorten. In ons voedselbos groeit een groot aantal verschillende soorten, ook oude fruitrassen. Bovendien is er een windhaag van hazelaars, er groeien noten, kruiden en andere eetbare gewassen. Een voedselbos bestaat uit verschillende 'lagen' – van laag-bij-de-grond gewassen tot hoge bomen, en alles wat daar tussenin zit. Al die organismen hebben hun eigen functie in het geheel, en uiteindelijk houdt het bos zichzelf in stand terwijl het voedsel blijft produceren."

Dat klinkt ideaal! Waarom zien we niet veel meer voedselbossen zoals dit ontstaan?

"Roggebotstaete is echt een proeftuin, in de letterlijke, maar ook in de figuurlijke zin van het woord. Voor ons is productie niet het hoofddoel, maar de zoektocht naar innovatie, naar het vergroten van de biodiversiteit. Wij hebben daartoe de mogelijkheid, en we kunnen ook meten welke resultaten we boeken. De meeste boeren hebben die ruimte niet – het is echt omschakelen naar een wezenlijk ander systeem. Velen hebben last van koudwatervrees. Met een voorbeeldlocatie zoals Roggebotstaete, kan de bekendheid rond voedselbossen in ieder geval worden vergroot."

Zijn dat dan conventionele boeren, of bijvoorbeeld boeren die nu al biologisch bezig zijn en een stapje verder willen gaan?

"Eigenlijk zien we twee verschillende groepen: Jongeren die net starten als boer of de boerderij van hun ouders overnemen en eigen ideeën hebben over duurzaamheid, en fruittelers die graag wat elementen uit een voedselbos zouden willen toevoegen aan hun bedrijf, zoals een windhaag of andere gewassen. Samen met een collectief van boeren van het Flevolands Agrarisch Collectief leid ik ook een Europees project waarin we samen met acht boeren in de regio de biodiversiteit op hun akkers monitoren en vergroten. De een heeft bloemrijke akkers, de ander wil graag permanente hagen waarin insecten en andere diersoorten leven, en de volgende voorziet in een watertje waar vogels en kikkers zich goed thuis voelen. Het directe voordeel voor boeren is dat de toegenomen insectenstand zorgt voor minder plagen. De monitoring moet onderzoeksresultaten opleveren die dit voor veel meer boeren inzichtelijk maken."

Zie jij voor je dat voedselbossen uiteindelijk de wereld veroveren?

"Nee, om eerlijk te zijn niet direct. Misschien op de lange termijn, maar het is onrealistisch om te denken dat we binnen tien of twintig jaar massaal zullen omschakelen naar een radicaal ander systeem. Voor een conventionele boer is het een enorme stap om over te schakelen – het verschil tussen een kale maisakker en een voedselbos is enorm. Ik denk dat het een combinatie wordt van verschillende systemen, maar ik zie nu al dat de agrarische sector wil weten hoe belangrijke elementen van voedselbossen kunnen worden ingepast in het huidige landbouwmodel."

Wat is jouw droom voor de toekomst, jouw ideale plaatje?

"Ik woon in Flevoland, dus laat ik daar beginnen. In dit stuk van Nederland vind je vooral hoog-productieve landbouw. Mijn ideaalplaatje is dat er daar een landschap ontstaat van boerderijen en akkers, omgeven door voedselbossen van bijvoorbeeld 50 meter breed. Die fungeren dan als een soort buffers die de boerderijen met elkaar verbinden, ze zijn de 'cultuurdragers' van de natuur en het landschap. Ze leveren voedselproducten op, maar er kunnen ook fiets- en wandelpaden in worden aangelegd. Ook zie ik voor me dat boerenbedrijven overgaan op strokenteelt, waarbij op akkers niet zover je kunt kijken slechts één gewas wordt geteeld, maar meerdere naast elkaar, in stroken van 2 trekkerbreedtes, zoals dat heet. Op elk van die stroken wordt een ander gewas gezaaid, bijvoorbeeld uien, wortels, sla, etc. Ze worden op verschillende tijden geoogst, dus de grond is veel langer deels begroeid dan in een monocultuurlandschap. De insecten die in het ene gewas zitten beschermen het andere gewas van een plaag. Beter voor de grond, goed voor de boer en veel leuker om naar te kijken."

Wat moet er gebeuren om jouw droom werkelijkheid te laten worden?

"Boeren zijn nu huiverig om grond te bestemmen voor natuur, want ze zijn bang dat dat veel inkomsten scheelt. We moeten boeren dus laten zien dat het aanleggen van een voedselbos op termijn echt rendabel is. Maar daarnaast moet de overheid veel meer sturen en elke boerderij verplichten tenminste 10% van de grond te bestemmen voor een voedselbos of natuurstrook die reikt tot aan de strook van de buren. Zo onstaat er een groot ecologisch, eetbaar – en daarmee rendabel – lint door het landschap. Voor deze overgang moet ruim de tijd worden genomen, zeg 20 jaar en de overheid moet dit mogelijk maken door bijvoorbeeld renteloze leningen aan te bieden en boeren te compenseren voor de gederfde inkomsten. Op die manier maken we boer onderdeel van de oplossing in plaats van het probleem."

Hoe zie jij de rol van Roggebotstaete – en met name het voedselbos – in dat proces?

"Wij zijn de bruggenbouwers, de pioniers. We zien dat de geesten in de relatief korte tijd dat we hiermee bezig zijn, al behoorlijk rijp zijn geworden. Boeren beginnen echt de potentie te zien van de combinatie van natuur en landbouw. Door aan iedereen die het wil, te blijven laten zien dat er heel veel mogelijk is, helpt Roggebotstaete mee die omslag te maken.

 

Lees meer over dit onderwerp