Both ENDS

Nieuws / 29 november 2013

Burghard Ilge met Ploumen mee naar WTO-top

De vertegenwoordigers van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) komen deze week samen op Bali om te onderhandelen. De belangen lopen nogal uiteen en hoewel de WTO de handel en economische ontwikkeling van de rijkere lidstaten bevordert, is dit voor veel ontwikkelingslanden niet het geval. Burghard Ilge van Both ENDS reist met minister Ploumen mee als officieel adviseur en bemiddelaar vanuit het maatschappelijk middenveld. Hij zal haar informeren over de standpunten en belangen van maatschappelijke organisaties wereldwijd.

Waarom moet er een bemiddelaar mee?

In 2001 werd de zogenaamde ‘Doha Development Round’ gestart: onderhandelingen die ervoor moesten zorgen dat ook ontwikkelingslanden baat zouden hebben bij de WTO. Die onderhandelingen zaten al een paar jaar muurvast. Voor het eerst sinds lange tijd hebben overheden dit jaar toch weer uitvoerig onderhandeld en gediscussieerd over nieuwe teksten en regels, die tijdens de WTO-conferentie op Bali goedgekeurd moeten worden.

 

Goedkope producten voor de arme bevolking

“Zo ligt er een voorstel van de zogenaamde 'G33': een groep van (inmiddels 45) ontwikkelingslanden, "vertelt Burghard. "Aanleiding voor het voorstel is het plan van de Indiase overheid, die producten van Indiase kleine boeren tegen een hogere prijs dan de huidige marktwaarde wil inkopen, om ze later tegen een lage prijs te kunnen verkopen aan de armste bevolking. Dat is goed voor kleine boeren en armen in India, dus wij vinden het een goed initiatief. Maar volgens de WTO en de Verenigde Staten is het een vorm van verkapte subsidie en dus illegaal. De VS ziet het als een verstoring van een belangrijke afzetmarkt. Er zal dus stevig onderhandeld worden.”

 

'Trade facilitation’

Een ander heet hangijzer is het voorstel van de rijke landen over ‘Trade facilitation’. “Tot nu toe zijn de rijke landen hun beloftes over bijvoorbeeld het verlagen van hun exportsubsidies niet nagekomen, maar in plaats daarvan met een nieuw WTO-voorstel gekomen. Een nieuw akkoord over zogenaamde ‘trade facilitation’ moet internationale handel versoepelen. Zoals vaker het geval is, zullen ontwikkelingslanden in dit voorstel de grootste stappen moeten gaan zetten, zonder dat zij daarbij steun krijgen van rijke landen”, stelt Burghard. “Bovendien wil de Europese Commissie bindende afspraken maken over deze ‘trade facilitation’. Als ontwikkelingslanden hier vervolgens niet aan voldoen, dan kunnen ze voor het geschillenbeslechtingsmechanisme worden gedaagd, met alle nadelige gevolgen van dien.”

 

Ontwikkelingspet

Voor minister Ploumen wordt dit een zware beproeving, want nergens anders dan in de WTO lopen handels- en ontwikkelingsbelangen zo ver uiteen. “De minister staat van alle kanten onder druk, dus het wordt spannend hoe ze die verschillende belangen afweegt. Wat mij betreft zet de minister op Bali vooral haar ontwikkelingspet op!” Burghard zal haar daar uiteraard toe proberen aan te zetten: “Ik ben blij dat ik de Nederlandse delegatie van directe informatie kan voorzien over de gevolgen die WTO-afspraken kunnen hebben voor wereldwijde duurzame ontwikkeling. Op Bali zal ik behalve met de officiële delegatie, ook veel tijd doorbrengen met de aanwezige NGO’s. Zo zal ik direct hun zorgen en verzoeken kunnen verwoorden naar de delegatie.”


officieel bericht op 'rijksoverheid.nl'

 

Lees meer over dit onderwerp