Het klimaatdebat blijft steken in wat we binnen Nederland kunnen veranderen en raakt niet aan ons gedrag in het buitenland. Dat is een gemiste kans. Juist omdat ons handelsmodel zo invloedrijk en tegelijk vervuilend is, kunnen veranderingen in dat beleid ook meteen effect hebben.
Een groep maatschappelijke organisaties, waaronder Both ENDS, doet een oproep aan de grootste financiële instellingen van Nederland voor daadkrachtige klimaatactie. De brief is verstuurd aan de CEO's en bestuursvoorzitters van de banken ABN AMRO, ING en Rabobank, pensioenfondsen ABP en PFZW, verzekeraars NN Group (Nationale Nederlanden), Achmea en Aegon en kredietverzekeraar Atradius.
In 2001 hebben Tanzania en Nederland een verdrag ondertekend dat slechts bij weinig mensen bekend is. Het betreft een BIT: een bilateraal verdrag 'inzake de bevordering en de wederzijdse bescherming van investeringen'. Het doel is de onderlinge economische betrekkingen uit te breiden en te intensiveren en het kapitaalverkeer, de overdracht van technologie en de economische ontwikkeling van de verdragsluitende partijen te stimuleren. Maar de ondertekening van het verdrag bleek vooral symbolisch, aangezien het in die opzichten nauwelijks iets heeft opgeleverd. Het Centraal Planbureau heeft in een rapport geconcludeerd dat BIT's geen positief effect hebben op investeringen in Latijns-Amerikaanse en Afrikaanse landen bezuiden de Sahara met een laag of lager middeninkomen, waaronder Tanzania.
Pensioenfondsen hebben door hun gigantische vermogens veel invloed. Both ENDS wil daarom dat pensioenfondsen zoals ABP hun investeringen terugtrekken uit de fossiele industrie, en in plaats daarvan duurzaam gaan beleggen.
Een week geleden barstte in Ankara, Turkije, de twaalfde ‘Conference of the Parties’ (COP12) van de United Nations Convention to Combat Desertification (UNCCD) los. Deze conventie vloeide voort uit de Rio Conventies van 1992 en richt zich specifiek op verwoestijning en landdegradatie. Karin van Boxtel van Both ENDS is erbij, en lanceert vandaag samen met een aantal andere aanwezige organisaties een document met aanbevelingen voor beleidmakers over de financiering van het zogenaamde ‘Land Degradation Neutrality’ – concept, één van de onderwerpen die tijdens de conventie veel discussie opleveren. Wat is het en waarom is het zo belangrijk?
Hoewel demissionair minister Kamp in mei dit jaar stelde dat fossiele brandstoffen in Nederland niet worden gesubsidieerd, ondersteunt Nederland de fossiele sector met ruim 7,6 miljard euro per jaar in binnen- en buitenland (1). Dat blijkt uit het vandaag uitgekomen rapport ‘Phase-Out 2020: Monitoring Europe’s fossil fuel subsidies’ van het Overseas Development Institute (ODI) en Climate Action Network Europe (CAN-Europe). Nederland heeft al in 2009 internationale afspraken gemaakt (2) om subsidies voor fossiele brandstoffen uit te bannen. Milieudefensie en Both ENDS, beide lid van CAN-Europe, vragen aandacht voor deze bevindingen omdat ze het onacceptabel vinden dat de overheid op deze manier de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen in stand houdt.
Vandaag, 15 april, schuift minister Ploumen aan bij de vooraarsvergadering van de Wereldbank. Nederland is aandeelhouder in de Wereldbank en heeft dus een stem in de besluitvorming. Op dit moment hebben projecten van de Wereldbank maar al te vaak desastreuze gevolgen voor de mensen die wonen in de gebieden waar die projecten worden uitgevoerd. Pieter Jansen van Both ENDS werkt nauw samen met mensen die dit aan den lijve ondervinden en pleit er samen met hen bij zowel de Wereldbank als de Nederlandse regering voor dat projecten van de Bank moeten voldoen aan strengere regels, zodat mensenrechten en het milieu worden beschermd.